Een film maken over dinosaurussen klinkt als een makkelijke taak. Je hebt immers een groot publiek, waaronder veel jongetjes die compleet helemaal gek zijn op dinosaurussen als de T-Rex, en films met dinosaurussen staan doorgaans garant voor spektakel en actie.
Dus toen succesvol regisseur Steven Spielberg aan de slag ging met Jurassic Park, naar een boek van Michael Crichton, over een themapark vol met dinosaurussen die los slaan, leek succes gegarandeerd. Maar succes is nooit vanzelfsprekend, en dus is het natuurlijk maar de vraag of Spielberg het bijna vanzelfsprekende succes ook waar kan maken?
Het verhaal speelt zich af op een eiland nabij Costa Rica, waar een miljardair (Richard Attenborough) zijn droom werkelijkheid probeert te maken, door een themapark te bouwen met echte dinosaurussen. De dinosaurussen zijn door middel van DNA dat achtergelaten is bij insecten die het bloed opzogen van de dinosaurussen weer tot leven gewekt.
Echter na een ongeluk, waarbij een medewerker van het park wordt opgegeten door een velociraptor, beginnen de investeerders van het park te twijfelen. Is het park wel veilig genoeg voor het publiek? En is het wel moreel en biologisch verantwoord om dit te doen?
Paleontologen Dr. Alan Grant (Sam Neill) en Dr. Ellie Sattler (Laura Dern) worden tezamen met enkele andere mensen gevraagd om een testritje te maken in het thema park. Als zij hun goedkeuring geven aan het park na de bezichtiging, dan gaan de investeerders akkoord en kan het park open voor bezoekers.
Het duurt natuurlijk niet al te lang voordat er van alles mis gaat, en de dinosaurussen los slaan, en dan is de jacht op de bezoekers van het park geopend.
Deze film is één van Spielberg's beste popcorn films. Het brengt een juiste mix van actie, spektakel met interessante vraagstukken, maar is toch bovenal bedoelt voor een gezellig avondje naar de bios of voor de TV. De echte attractie in deze film zijn natuurlijk, net als in de film zelf, de dinosaurussen. En de special effects blijven zelfs 20 jaar na dato nog steeds overeind. De animatronics gemaakt door de Stan Winston Studio, van o.a. de T-Rex zien er levensecht uit, en de computeranimatie is één van de beste sinds het gebruik ervan in Hollywood films.
De personages zijn helaas wat minder goed gelukt. De personages zijn nogal saai en ééndimensionaal, alleen Jeff Goldblum weet overeind te blijven als de komische noot. Maar met al het spektakel en actie vergeet je dit allemaal al snel, want daarvoor is deze film veel te leuk.
De art direction is prima gedaan, vooral de ontwerpen van de dino's zelf zijn zo sterk dat ze vandaag de dag nog steeds herkenbaar zijn als Jurassic Park, ondanks het feit dat er inmiddels talloze films over en met dino's zijn gemaakt. De muziek is spannend en weet het tempo goed hoog te houden, en het verhaal is puur entertainment met een vleugje morale vraagstukken erdoor heen.
Spielberg weet als geen ander hoe hij het publiek moet vermaken, en deze film behoort zeker (tezamen met Indiana Jones, ET en Jaws) tot één van Spielberg's beste films. Spielberg weet hoe hij scene's moet uitbreiden en origineel moet houden, en de beroemde scene's met de T-Rex en de auto én de scene met de velociraptors in de keuken zijn inmiddels klassiekers geworden.
Eindoordeel: Eéndimensionale personages zijn het grootste minpunt in deze spektakelfilm, die vooral draait om dinosaurussen en actie. Maar gelukkig weet Spielberg dat laatste goed uit te spelen met een overtuigend gebruik van een combinatie van computeranimatie met animatronics en enkele spannende scene's.
Het script is aardig, de vraagstukken interessant maar niet overdadig aanwezig en de actie en spanning is soms om te snijden. Pak dus je cola met een bak popcorn of chips en geniet van deze geweldige popcorn film vol avontuur, spektakel, spanning en actie!
Eindcijfer: 8
0 reacties:
Een reactie posten